Verslag Martijn van Berlo
Het avontuur begon allemaal met het vervoer van Libreville naar Makokou, de stad vanwaar we de jungle in zouden gaan. Het vervoer ging eerst enkele honderden kilometers per trein, vanwaar we een interessant uitzicht over grote stukken van het land kregen. Er was veel bos te zien, en af en toe passeerden we een klein dorpje of een grote rivier. Het meest indrukwekkende was toch wel het zien van de enorme stukken kaalgehakt land. Vele heuvels waar alle bomen zijn weggehakt en waar de grond is uitgespoeld. Dat zal dus ook nooit regenwoud worden! Op sommige stations zagen we ook de enorme treinladingen hardhout die naar de kust zouden worden vervoerd. Uiteindelijk kwamen we op het station van Booué waar we zouden worden opgehaald voor vervoer naar Makokou. Het vervoer hield voor ons in om met 9 mensen in een oud Toyota busje over wegen te rijden waar de gemiddelde Nederlander zelfs zijn all-terrain SUV nog niet aan zou wagen. Het was dan ook niet erg comfortabel, en onderweg ging ook nog een wiellager stuk. Wat een avontuur zo aan het begin van de reis! De lager werd ter plekke wonderbaarlijk gerepareerd en zo konden we verder. Eenmaal in Makokou aangekomen konden we nog even onder een koude douche het stof uit onze haren wassen (de weg was erg stoffig). Daarna naar bed om morgenochtend vroeg klaar te zijn om echt de bewoonde wereld te verlaten.
|
De volgende ochtend snel ontbeten en de gidsen ontmoet. Toen we al onze spullen klaar hadden zijn we in een busje gestapt om naar de rivier te gaan. Daar gingen we in de pirogues (grote uitgeholde boomstammen) om 60 km de rivier af te gaan naar de watervallen. Onderweg nog een heel aantal Afrikaanse visarenden, ijsvogels, neushoornvogels en de eerste aapjes gespot. Een vogelkenner in ons gezelschap wist me te vertellen dat de visarenden erg zeldzaam zijn en dat we dus echt wat bijzonders hebben gezien. Na onze bootreis kwamen we aan bij een klein kampje vlakbij de watervallen. En die watervallen zijn toch wel de meest spectaculaire die ik ooit heb gezien! Na een nacht op het platform naast de watervallen te hebben we ons weer klaar gemaakt om de rivier over te steken en nu echt de jungle in te gaan. Eenmaal aangekomen aan de overkant van de rivier hebben we nog even snel de regels en de loopvolgorde doorgenomen. Toen gingen we eindelijk echt de jungle in!
|
|
|
We konden deze dag een redelijk eind over een piste lopen, wat gunstig was voor de loopsnelheid en het gemak. Maar door het gewicht van mijn rugzak en het vele klimmen en dalen was het toch vrij pittig. Het begin was vooral mentaal even het zwaarste, maar na een dag went het al behoorlijk en is het gewoon een kwestie van doorzetten. Na deze eerste dag hebben we eigenlijk nauwelijks meer over pistes gelopen en enkelen onder ons hadden het behoorlijk zwaar. Onderweg zagen we af en toe een zwijntje of een antilope. Maar verreweg het meest aanwezig waren de insecten! Overal waar je keek waren mieren of termieten, in honderden verschillende soorten. Ik vond het erg interessant om te zien hoe al die verschillende mieren zo samenwerken. Vooral de zogeheten trekmieren, die echt met miljoenen tegelijk op strooptocht gaan en waar een duidelijke hiërarchie te zien is. Het enige nadeel van deze mieren is dat ze erg agressief zijn en erg naar kunnen bijten. Ook kwamen we vaak door kleine moerassen en rivierdalletjes waar dan weer veel verschillende vlinders voorkwamen. Ook zaten er veel zweetbijen, die niet steken maar wel irritant zijn. Gelukkig waren er nauwelijks muggen dus geen bulten. Die waren vooral erg mooi door de bonte kleurenvariatie. Ook kwamen we af en toe een 15 cm lange reuzenmiljoenpoot tegen die zich tegoed deed aan dode plantenresten.
Na ruim een week in de ongerepte jungle te hebben rondgelopen zagen we eindelijk onze eerste olifant. Door de bladeren was het echter slecht te zien, dus ik besloot de olifant zeer stilletjes en onder goede dekking van bomen te besluipen. Dit is ook wel nodig want olifanten kunnen erg gevaarlijk zijn. Zeker in dit geval want dichterbij kon ik zien dat het een moeder met jong kalfje betrof! Ik kon ze tot ongeveer 5 meter benaderen maar zorgde er wel steeds voor dat ik dekking had en de olifant de ruimte gaf om weg te kunnen lopen. Wat een prachtig gezicht! Een van de reisgenoten had mijn plaats ook ontdekt en kwam ook om foto’s te maken. De olifant zag iets bewegen en kwam al onze kant op om een kijkje te nemen. Daarop stoof mijn reisgenoot snel weg en dat maakte de olifant zo aan het schrikken dat ze snel het hazenpad koos.
Een dag later vonden we eetbare Gambeya vruchten in de jungle, deze worden ook door apen gegeten en rond de pit zit zeer smakelijk en zoet vruchtvlees. Daaromheen zat alleen zeer taai en vezelig vlees, waar een soort latex uit kwam. Dat droogde ook op als een soort lijm en maakte dat mijn handen flink aan alles bleven plakken.
Na nog een tijdje gelopen te hebben kwamen we eindelijk bij het WCS-kamp aan. Nu was de Langoué Bai erg dichtbij en daar was de kans om wildlife te spotten het grootst. Nog diezelfde middag gingen we een kijkje nemen en we zagen er al meteen een groep buffels, sitatungas (grote antilopen) en penseelzwijnen in de modder badderen. We waagden meteen een poging ze wat dichter vanuit de bosrand te benaderen (niet het veld in want dat is verboden) en zo nog een goede foto te kunnen maken. Toen ik daar echter tijgerend over de bodem kroop had ik niet door dat ik met mijn arm in een stroom trekmieren kwam. Dit was zeer pijnlijk aangezien de soldaten met hun gigantische kaken mijn armen tot bloedens toe open beten. Na ze snel er af te hebben geklopt ben ik daar maar niet meer gekomen. De rest van de tijd hebben we de bai bekeken vanuit een van de uitkijktorens.
Op de 2e dag aan de bai zagen we ’s ochtends een olifant, sitatungas buffels en zwijnen. ’s Middags verdwenen deze en hebben we eigenlijk op niets zitten wachten. Dit herinnerde me er aan dat je wel veel geduld moet hebben als je het wild goed wil zien. De 2e dag bij de Bai zagen we een grote hitsige olifantenstier. Hij was nogal agressief en verjoeg alle sitatungas die hij tegen kwam. Even later zagen we ook de eerste gorilla’s! Het was een groot alpha mannetje en een vrouwtje. Ze zaten alleen maar rustig wat te eten dus dat was weinig spectaculair. De olifant liep nog even in hun richting maar het kwam niet tot een confrontatie. Kennelijk respecteren deze machtige junglebewoners elkaar.
Een dag later hebben we ’s ochtends bij aankomst al een gorillafamilie waargenomen. Na een tijdje kwam er een vrouwtje met jong tevoorschijn die een kreet slaakte. Daarop kwam uit de bosrand aan de overkant een mannetje boos en brullend aangerend om even te laten zien dat hij toch echt de baas was en dat dat vrouwtje van hem was. Mensen die Peter Jackson’s King Kong hebben gezien kunnen zich de brul van de aap waarschijnlijk nog wel herinneren. Een kwade gorilla klinkt dus écht zo, en is van veraf al te horen! Om de andere familie te imponeren klopte hij zich nog op de borst en gebaarde zijn vrouwtje dat ze mee moest komen. Dat deed ze en ze vertrokken spoedig weer samen het bos in. Dit was de laatste en meest spectaculaire gorillawaarneming voor ons. De dagen erna hebben we nog wat klein wild gezien maar niet veel anders.
|
Toen onze jungle tijd over was en ons eten op, gingen we met z’n allen (15 man!) in een pickup terug naar de bewoonde wereld. Deze reis was op zich ook weer een avontuur omdat het nogal een smal hobbelweggetje van 80 km door de jungle was. Bij het station Gare Ivindo aangekomen konden we nog een halve dag wachten op de trein. Daarop dronken we weer eens een heerlijk biertje, en aten we weer eens wat vers eten. Maar dat viel bij niet iedereen even goed omdat onze magen er niet meer op ingesteld waren. We kregen hier ook nog de kans om eens wat van het dorpsleven in Afrika te zien. De eenvoud waarmee men hier leeft vond ik zeer indrukwekkend en de mensen daar hebben mijn grote respect. Zeker omdat ze ook met minder gelukkig kunnen zijn en niet steeds maar meer meer meer willen. Het dient hierbij wel gezegd te worden dat geen honger hadden in het betreffende dorp. Na de dag daar te hebben doorgebracht konden we met de nachttrein terug naar Libreville. Daar konden we lekker uitrusten in het hotel en nog naar de markt. Dat was ook een hele belevenis omdat ze daar kennelijk niet vaak blanken zien. Je wordt constant aangesproken of je niets wilt kopen en mensen vragen waar je vandaan komt. Dit was ook zeer mooi om eens meegemaakt te hebben.
De laatste dag van ons verblijf in Gabon hebben we ook nog de mogelijkheid gezien om Bultruggen van dichtbij te bekijken. Ze waren in paartijd en daarom nog in deze tropische wateren. Deze machtig grote beesten waren ook zeer indrukwekkend om te zien. Een goede afsluiter van deze toch al geweldige vakantie! Daarna begon de terugreis naar Nederland helaas weer.
Al met al was het af en toe vrij pittig en soms wat pijnlijk, maar dat was het zeker wel waard! Het is echt het beste avontuur wat ik ooit heb meegemaakt en dit soort dingen dragen alleen maar bij aan de ervaring. Ik heb echt geweldige dingen van dichtbij gezien, die je normaal alleen in een National Geographic op foto’s ziet. Voor mensen die graag een beetje vet willen kwijtraken is het ook een goede vakantie, want ik ben in de 2 weken dat we in de jungle verbleven 5 kg afgevallen. Zorg alleen wel dat je conditie wel redelijk op pijl is voor je vertrekt.
|