Een spoor van herkenning, terug naar het WCS kamp

Onze jongens maken steeds kleine inkepingen met hun machetes. Het zijn "broodkruimels": een bos-taal. Zo kunnen we de weg terug herkennen, mochten we om willen keren. Zijzelf of anderen kunnen die terug vinden, als ze hier ooit nog eens in de buurt zijn. Ze herkennen ook de inkepingen van eerdere woudlopers en wanneer die gemaakt zijn. Kortom, onze jongens verdwalen niet. Wij wel, als we niet opletten. Van het kamp naar de bai is het 4 km, hier betekent dat een dik uur lopen. We hebben het traject al een paar keer gedaan met de gidsen erbij en we denken dus dat we de weg kennen. Harry en ik gaan op een middag samen terug, maar verlopen ons toch een keer of 5. Het lezen van de bos-taal gaat niet zo maar. Maar we corrigeren onszelf met de GPS, zodat we toch in het kamp aankomen. Valsspelen met wat techniek is toegestaan.

 
 
  Deze Afrikaanse civetkat is voor even ons huisdier