We varen de rivier de Ivindo een stuk op, vervolgens nemen we een zijriviertje, de Oua. Na een kilometer of 50 maken we ons eerste kamp aan de rivier. De gidsen effenen een plek voor de tenten, zoeken dood hout voor het vuur en halen water. Dit zal een dagelijks terugkerend ritueel zijn.
Aan het eind van de 2e dag arriveren we op het punt aan de Oua waar we de volgende dag zullen beginnen met lopen, een plek die we het graskamp zijn gaan noemen. We hebben een satelliettelefoon mee voor noodsituaties, maar de accu's staan ons toe om 5 minuten per persoon per dag naar het thuisfront te bellen. Diana is vanavond aan de beurt.
|
|
|